Het lentegevoel wil de slingers ophangen (+ een kook- & kijktip).
Jak, wat blijft het herfstig buiten zeg! Gelukkig zien we af en toe wat zon en dan duiken we hop, snel het park in. Maar het is en blijft grillig en van echte lente kunnen we voorlopig alleen dromen. Of af en toe heel even snoepen van iets dat in de buurt komt van ‘lente’.
Herfstig of niet, de natuur duikt intussen wel in een voorjaarsbad. Overal kun je groene waasjes en wolkjes spotten van jong vers blad. En kleurige bloemenfeestjes zijn er ook steeds meer.
Zodra de zon een paar uur tevoorschijn komt, dan is dat in het Goffertpark meteen te merken. Mensen gaan picknicken, spelen, sporten en de zon opzoeken in ‘t park. Wij lopen er dan lekker lang met onze Freek en komen van alles tegen. Zoals een jongen die lange elastische touwen had gespannen tussen twee sterke bomen en daarover probeerde te lopen (foto’s hieronder: linksboven).
Zoekspelletje: in de onderste foto van deze collage zie je een oma en opa met hun kleinkinderen in het park. Een jongetje speelt met een voetbal, de oma en het andere jongetje met rode rackets en een klein balletje. Dat balletje vliegt door de lucht en als je heel goed kijkt, zie je ‘t.
Hier gebruiken we droge zonnige momenten ook om ons dakterras weer voorjaars fris te maken. We hebben de boel al best aardig aan kant. Leuke uitdrukking trouwens, ‘de boel aan kant hebben’. Dan zie ik beddengoed dat uit het raam hangt. Of de was aan de lijn buiten, met de zon erop. En laat dat nou net dat onvervalste lentegevoel zijn dat er al wel is, maar steeds niet mag losbarsten. Lekker de was zien hangen. Waslijnen als lenteslingers in de zon, wapperend in een vriendelijk briesje. Nou ja, geduld hebben dus. Daarom bovenaan maar een plaatje ervan. Dat is niet echt de was natuurlijk, het zijn geverfde stukjes stof, maar het doet wel lente-feestelijk aan.
Anyway. Ik kan niet wachten tot we weer uitgebreid kunnen rondhangen op het dakterras, ons stukkie rijkdom. M’n handen jeuken om ‘t kruidentuintje uit te breiden. Groente laten we achterwege dit jaar; kruiden komen er juist lekker veel. Tijdens het koken even met een schaartje ‘t hoekje om stappen en knippen maar. Verse smaakbommetjes door de kooksels, erg fijn. Oh, het moment dat we die keukendeur weer lekker wijd open kunnen zwiepen…!
Voor nu is het de tijd binnen ‘uitzitten’ en benutten voor wat website hulp aan de een, wat logo hulp aan de ander, boekje werk voor onszelf, lekker en gezond koken, wat creatief materiaal verzamelen, tekenen, toffe tv kijken.
Over dat laatste gesproken: wij zijn verknocht aan de serie Panduloria. Een (vinden wij) super leuke komische fantasy serie. Ik ga er verder niks over zeggen, kijk zelf maar (via Amazon Prime Video).
Hieronder (foto rechts) kijken Dejan en Freek trouwens gezellig samen naar een (Brits) tv programma over honden. Freek was helemaal gefocust en ging zo nu en dan ook echt voor de tv staan, zo gefascineerd was ie!
En verder liggen de beestenkindjes nog heel vaak winters weldadig te chillen in hun ‘heertjeshoek’. Onze uitkijkpost. Waar je eekhoorns, veel vogels en soms een uil kunt spotten (of horen, ‘s nachts). En ‘s avonds laat als je naar beneden kijkt, wil er ook soms een vos langs sluipen. Die horen we heel af en toe wel eens schreeuwen ‘s nachts. Dat is een heel akelig geluid waar je dan wakker van schrikt. Er blijkt niks aan de hand te zijn, het schijnt dat ze op die manier de dames willen imponeren.
Soms kijk ik overdag naar beneden en zie ik iets dierbaars: husband & hond aan de wandel (foto linksboven).
Dan nu de kooktip.
Over vega gehakt. Toen ik een aantal jaar geleden Dejan z’n voorbeeld volgde en vegetarisch ging eten, miste ik vooral het lekkere vleesgehakt. Ik vond de vegetarische varianten niet te hachelen. Ze smaakten als karton (niet dat ik ooit karton heb gegeten, maar zoiets stelde ik me daar bij voor) en ik kon er niks mee.
Maar inmiddels wel! Dat ligt ook aan de producten zelf, die zijn stukken beter geworden. En ik heb een trucje ontdekt waarmee je het vegetarische gehakt heerlijk knapperig en lekker rijk van smaak maakt.
Allereerst; gebruik het vega gehakt dat er grijsbruin, los en kruimelig uitziet. Zoals AH vegan rulstukjes / Vegetarische Slager rul gehackt / Vivera kruimgehakt. Neem niet het roze gehakt dat ‘net echt lijkt’, van Beyond meat mince. Ik ben dol op dit merk maar niet op hun ‘gehakt’, dat is te dominant van smaak (lees: goor) en ik verzeker je: je komt niet van die smaak af. Neem dus eigenlijk het vega gehakt dat er het meest uitziet als ‘karton’, haha!
Mix in een schaaltje een flinke scheut olijfolie (± 7 eetlepels, jaja, lekker gehakt heeft vet nodig) met een flinke scheut soja saus (± 3 eetlepels), een scheutje agavesiroop (klein beetje maar, voor de karamelisering) plus een snuf cajunkruiden, uienpoeder en knoflookpoeder. Meng dit goed door het gehakt, doe nog een scheutje olijfolie in de koekenpan en: bakken maar! Je gehakt wordt mooi bruin en knapperig en het smaakt lekker en ‘vlezig’. Daarna is het de truc om het gehakt niet te mengen met bijv. een saus voor de pasta of in roerbakgroenten, maar om het pas op ‘t allerlaatst door je gerecht te doen. Zo blijft het gehakt lekker crispy. Tenzij het een gerecht is met droge ingrediënten, zoals een ovenschotel met aardappel. Doe je het gehakt al eerder door saus enzo, dan verliest het z’n smaak en bite. Hap ze!
Tot de volgende.
Kiki