Van toen naar nu

Ja, óók we love retro

Retro in de van Dale: van vroeger, maar opnieuw in de mode.
Retro is al jarenlang geliefd. Het kan op van alles betrekking hebben. Teruggrijpen naar het verleden is -in de steeds meer fucked up wereld van nu- razend populair. In de blogpost van vandaag: retro letterlijk en retro figuurlijk.


Heerlijk huiselijke hertjes

Allereerst. Eindelijk, eindelijk, eindelijk: ze zijn weer terug bij ons in huis! De hertenkopjes waar we zo van hielden (zie foto bovenaan blog en linksonder in collage). Met van die reebruine grote ogen, hingen ze in ons vorige huis aan een muur in de hal. Sinds de verhuizing naar Nijmegen vijf jaar geleden, konden we ze niet meer vinden. We misten ze. Er stonden wel nog wat dozen in de berging, maar daarin zat alleen kleding van Dejan (mijn husband heeft heeeel veeeel kleding, haha!). In die dozen konden ze dus niet zitten. Maar kortgeleden bedacht ik me ineens dat we die broze hertenkopjes misschien juíst wel daarin hadden opgeborgen, zodat ze tussen de stapels kleding lekker veilig waren. Mijnlief ging zijn kledingdozen doorspitten en jahoor: daar waren ze. Onze bruine vintage vriendjes. Meteen zochten we een plekje voor ze in de woonkamer. Drie bij elkaar aan de boekenkast, een apart tegen de muur. Ooit gekocht op een Belgische antiek- en curiosamarkt. En eindelijk zijn we na vijf jaar weer met ze herenigd. Een retro reünie.


Ansichtkaartgevoel

Gisteren waren we in Grave (zie beroerde maar gezellige foto rechts). Gewoon even lekker struinen in de lentezomerzon. En we wilden een woonwinkeltje bezoeken dat we erg leuk vinden. Maar, jammer jammer jammer: winkeltje was dicht. Plan was ook om lekker te lunchen. Opnieuw jammer jammer: we kozen de verkeerde plek. Wat een rete-saaie lunch zeg mensen! De Gouden Leeuw op de Markt: eten niet de moeite waard, wel een leuk plein. Daarna hebben we gelukkig een zalige iced coffee geslurpt op een ander terras aan de rivier (foto linksboven, waarbij mijn husband zeer serieus over de Maas tuurt ;-).

Dan was die leuke winkel dicht en smaakte de lunch naar niks; het was wel fijn rondhobbelen in dat leuke stadje aan de Maas. Er hangt op de een of andere manier een retro vibe. Zo’n jaren 50/60 ansichtkaart-sfeer. Heerlijk. We gaan gauw weer die kant op en checken dan netjes of ‘ons winkeltje’ alsnog open is en waar we wèl lekker kunnen lunchen. Of misschien gaan we gewoon terug naar Tanja, waar we fantastisch retro en heerlijk huiselijk lunchten in de zomer van ’23 (check dit blogbericht ).


Mijn stoel! 

Ineens zag ik ‘m staan bij eetplek Trafo op het Nyma terrein: de stoel van mijn jeugd. Dat was 2 zomers geleden.
Bij ons thuis zat mijn vader er altijd in na het eten. Dan deed hij een spelletje met ons: ‘steel het luciferdoosje van de stoelleuning zonder dat ik het merk’. Hij zat dan met zijn ogen dicht en wij kids waren fanatiek bezig met dat spelletje. Zachtjes sluipend naar zijn stoel waar het luciferdoosje op de leuning lag, probeerden we dat doosje weg te pakken. Als hij ons hoorde, greep hij snel onze handen vast. Wij gillen van ‘t lachen. Het mooie was: hij liet ons heel veel winnen, want intussen deed hij stiekem gewoon een tukje in die stoel.

De stoel zag ik dus terug bij Trafo Nijmegen. En dat was een feestje van herkenning.
Mijn ouders hielden van Nordic. Ze gaven een Zweeds banket bij hun bruiloft, kochten een Finse bestekset voor hun ‘uitzet’ (prachtig ontwerp!), een eetkamertafel van een Zweeds merk (nee, niet dat blauw-gele, maar de goeie naam heb ik niet kunnen achterhalen). En dan dus die stoel. Ze hadden er twee van. Lounge stoelen van de Noorse ontwerpers Rolf Rastad and Adolf Relling. De stoelen waren een beetje eigenwijs in hun soort en zijn nooit heel bekend geworden. Maar nu duiken ze af en toe op bij midcentury sites voor vintage verzamelaars. Dan betaal je heel erg veel voor een heel erg versleten stoel. Bij Trafo zag ik er dus ook twee staan en dat was van: jooeeeee, kijk nou toch! En wat waren ze mooi ook eigenlijk… Trafo wilde de stoelen niet verkopen want ze vonden ze uniek in hun lunchruimte. Logisch natuurlijk. Dus ik jaagde sindsdien op DE stoel.

En nu, een maandje geleden…bam! Daar was mijn kans. Er verscheen ineens een gloednieuwe variant van de stoel, met maar een paar kleine verschillen. En voor een redelijke prijs. De maker: HK Living. Een Nederlands merk dat deze Noorse design stoel kennelijk interessant vond en ‘m reproduceerde.

Dejan en ik zijn dol op HK Living omdat ze heel trouw blijven aan die onvervalste seventies vibe, maar met kleine verschillen toch een fris hedendaags tintje aan hun maaksels geven. We hebben van alles al van dit merk. De kopjes (wie niet), een lamp, kussens, een theepot en nu dus de stoel der stoelen. Dat wil zeggen: de stoel is besteld maar nog niet in huis, de wachttijd is best lang. En dat geeft niet, want wachten is ook een kunst, ha! En ik wacht al een paar jaar sinds ik de stoel terugzag bij Trafo. Die paar weken extra kunnen er ook nog wel bij.

Een stoel die voor mij een ode is aan mijn lieve pa en ook aan pa en ma samen. Want Dejan en ik vinden bijna alles dat mijn ouders in huis haalden destijds, een feestje van schoonheid en vorm. Dus als ik dan zo’n stoel (‘t is geen stoel maar een gevoel, ha!) na jaren ons eigen thuis binnen kan slepen, is dat een snufje puur retro-geluk, maar ook een traktatie voor onze vormgevers oogjes.

In de collage hieronder zie je de originele variant van de stoel op de linkerfoto bovenaan (bij Trafo). En ook hier rechts. Linksonder de nieuwe versie, van HK Living, die wij dus binnenkort mogen verwelkomen. Smullen!

 

Retro reactie

Dan de iets minder tastbare -maar niet minder mooie- retro component van deze blogpost. We hebben weer een regering die, hoe ouderwets bijna, creatief verzet uitlokt bij mensen. De laatste decennia leek het wel alsof we en masse gehypnotiseerd waren geraakt door het glibber-beleid van de VVD. Maar op dit moment dealen we met een regering en bepaalde bewindslieden in het bijzonder die zo infantiel te werk gaan (en intussen wel allerlei zaken verlammen daarmee), dat de collectieve weerstand aangewakkerd wordt. Als mevrouw Faber roept “Ho, niet naar de Efteling van de belastingbetaler”, blijkt er meteen een gevatte tegenreactie te zijn. Kijk maar.  Prima, dan niet van de belastingbetaler, maar via een snelle crowdfunding. En het streefbedrag werd in no time ver overschreden. Ik werd zo blij van dit nieuws! 

Laten we wel wezen: Faber is Faber, van de PVV. Dan weet je wat je krijgt. Deze mensen zijn democratisch de grootste gemaakt in ons land. Daar moeten we misschien niet naïef en verwonderd over doen. Wie had gedacht dat Wilders een waardig en volwassen landsbestuur zou leveren, heeft misschien een beetje zitten dromen. Tuurlijk krijg je dan dit. Dat jongeren niet naar de Efteling mogen. Alles, om maar te verhullen dat de PVV op het werkelijke probleem de vinger helemaal niet kan leggen. Laat staan het kan oplossen. Doen alsof je kordaat alles aanpakt dat je beloofde, maar intussen gewoon effectpolitiek bezigen, is hun stijl. Het echte probleem is de steeds meer verziekte wereld. Dat los je niet op met ‘wij werken aan uw terugkeer’-borden of een verbod op Eftelingbezoek. Maar Faber wil scoren. Wilders wil scoren. 

Hoe hoopvol is het dan, dat er meteen een bijdehandte tegenactie komt, geld inzamelen voor dat Efteling uitje. Dat er trouwens niet komt, zegt het COA. Maar het geld waarderen ze wel en zal goed besteed worden, zeggen ze ook. Prima toch.

Rutte heeft jarenlang de oppositie en de algemene bereidheid tot verzet, verlamd met zijn Tefal-stijl. Niet werkelijk aanspreekbaar zijn op zijn keuze’s, gedrag en beleid. Die tendens zie je op allerlei lagen en niveau’s in de maatschappij terug, valt steeds weer te lezen in stukken van analytici. Wie met iedereen meelult en veel konten likt, scoort een handige positie voor zichzelf. Dan ben je misschien niet eerlijk en niet ècht verbonden, maar je bent wel voorzien van dat heerlijk comfortabele tefal-beschermlaagje. Maar is dat wat de wereld nodig heeft?
Hoopvol is dus dan nu toch wel dat als de wereld bestuurd wordt door malloten die er een potje van maken, er ook weer actie komt. Zoals nu gebeurd is. ‘Wacht even, dit wordt te dwaas, we laten dit niet over onze kant gaan’.

Dus hoera voor Faber. Want zonder dat zelf te beseffen, heeft zij een heel mooi ouderwets (heerlijk retro) moment van solidariteit losgemaakt in het land. Er is een signaal afgegeven. Klein misschien, maar duidelijk. Retro recalcitrant, we hebben ‘t nodig. En ik ben de mensen die deze actie(s) zo snel hadden opgezet, dankbaar voor het toefje hoop dat er vanuit gaat.

Ik sluit af met een lekker retro geluid. Net als wat HK Living slim doet, zijn er ook muzikanten die het talent hebben om je met een productie van nu, mee terug te nemen naar de vibe van toen. Can I Call You Rose- van Amerikaans soul trio Thee Sacred Souls- is daar een erg aangenaam voorbeeld van. Luisteren? Klik hier. Wij gaan ‘m zometeen spelen in de keuken tijdens ‘t samen koken.

Goed weekend. 
Kiki