Terug in de tijd

Poedersuikerwereld, tandarts Auw en het kaasgehakt van Café de Plak.

Ik hoop dat je -voor je eigen bestwil, jaja- mijn vorige blogbericht hebt gelezen. Gedaan? Well done you! Gaan we nu weer gewoon gezellig doen.

Jongens, hadden we deze week dan toch een lekkere laag poedersuiker liggen, feestjuuuu! Niet een spectaculaire wittewattenwereld, dat ook weer niet helaas. Voor lekker veel sneeuw moet je in het prachtige Zuid-Limburg wonen, lijkt ‘t steeds vaker. Of teruggaan in de tijd, helaas… Maar toch: wit. En op maandag raasden soms veel dikke vlokken langs het raam. In het park een paar mooie plekjes die lang wit bleven. I still love it. Eens een sneeuwmeisje, altijd een sneeuwmeisje.

Café de Plak

Gisteren gingen wij met Freek Frummel naar de dierendokter voor zijn allergie. We zijn aan het uitzoeken waar precies het probleem ligt en waar meneertje allergisch voor is. Binnenkort gaan we daarvoor naar een gespecialiseerde allergoloog in Wageningen. Die heeft alleen een lange wachtlijst, dus voor nu moeten we het probleem even te lijf gaan met ‘tussenoplossingen’. Onze Freek heeft zich weer zo stoer gedragen! Wat een heerlijke held is ‘t toch. Niet gestresst bij vuurwerk, pillen eet ie zo uit je hand (met brok, dat wel), hij laat zich kammen, badderen, aankleden tegen de kou en de dierenarts kan ‘m prima onderzoeken zonder gedoe. We zijn trots op dit lieve dier!

Onze dierenarts bevindt zich vlakbij het centrum en dus struinden we na het bezoek aan de dokter even de binnenstad in. Nou ja even; we bleven plakken (…)  bij Café de Plak. Daar hadden we al veel goeie verhalen over gehoord -vooral het kaasgehakt wordt geroemd. En toen maandagavond op tv Marcel van Roosmalen (niet voor de eerste keer) het eten bij de Plak aanprees, dachten we gisteren: let’s go. Soms kan tv-kijken erg nuttig zijn.

Het eetcafé -en ook het kaasgehakt- gaat nogal wat jaren terug; naar 1976 om precies te zijn. Een plek die inmiddels wel iconisch genoemd mag worden en die geliefd is in de stad. Al sinds midden jaren 70 dus. Het startte als een ‘speels-activistisch’ cafe waar iedereen zichzelf kon -en nog steeds kan- zijn. Er is niemand de baas, het is een collectief van mensen met ieder een eigen bijdrage en ze zijn allemáál de baas. Dat gaat dus al decennia lang goed, want de Plak is succesvol en drukbezocht.

Een plek waar je inderdaad meteen voelt dat je jezelf kan zijn; je wordt hartelijk en relaxt ontvangen door een olijke man met baard en hoed op. We waren er om 17 uur, konden een fijn plekkie krijgen bij het raam, het was er lekker rustig. Een half uur later zat de Plak zo vol dat mensen aan de bar zaten te wachten op een eetplekje. En wij snapten wel waarom: wat is dit een toffe tent zeg! De sfeer is knus, sprankelend, relaxt. De inrichting is lekker retro met een frisse touch van nu, maar je voelt wel de geschiedenis op deze plek. En ik realiseerde me: in die jaren 70 studeerde mijn mams maatschappelijk werk in de avonduren en daarvoor moest zij meerdere keren per week naar de binnenstad (wij woonden toen dus in Nijmegen). Dan gingen ze met die club docenten en studenten nog vaak iets drinken in de stad of vooraf iets eten. Het waren de hippietijden en alles kon. Ik kan er de klok op gelijkzetten dat moedertje ook bij café de Plak heeft gezeten.

Linksboven en -onder: de Plak. Een retro schemerlamp, de geliefde -en net zo vaak gehate- sanseveria in de vensterbank en een verlepte gatenplant: heerlijk -echte- retro. Rechtsboven: deze lampen (ook van de Plak) herken ik van bij ons thuis! Rechtsonder: na het eten naar buiten stappen en blij worden dat de feestelijke sterren/vlokken op de Grote Markt er nog steeds hangen te stralen. 

Je voelt de goeie vibe van de seventies daar gewoon nog hangen, maar het heeft ook genoeg frisheid van nu. Eigenlijk geldt dit voor Nijmegen in het algemeen wel en bij de Plak omarmt je dat. En het eten… Gewoon heel erg lekker en: gezond! Een royaal bord vol, alles met liefde bereid, dat kan niet anders. Het kaasgehakt is echt het proberen meer dan waard, dat was een smakelijke tip van van Roosmalen! Hoe ze het maken; ze houden het geheim maar het is echt een traktatie. En wat je erbij krijgt; dat hoef je in andere restaurants niet te verwachten. Twee soorten salade, beide even lekker, vers en kruidig. Daarbij nog pickeled uitjes, dan nog een mix van verschillende soorten groente – gisteren met Indiaase smaken en kokos gemengd- zalig! De groente worden elke dag gekozen door de chefkok van die dag. Dus dat is altijd een verrassing.

Het was een soort home cooking next level. Zoveel verschillende onderdelen op je bord, dat maak je zelf thuis niet snel. Te gecompliceerd. Gezond, gevarieerd comfort food. Je betaalt er veel minder dan in andere restaurants en gaat naar buiten met een gevoel van: ‘ik heb heerlijk en gezond gegeten, geen neppige spullen van de Sligro maar alles vers en natuurlijk en ik ben verzadigd maar sta niet op ploffen’. De patatjes waren trouwens ook to die for. En we hadden een vegan chocotoetje dat ons erg goed beviel.

Bij de Plak vind je helemaal geen vlees op de kaart, maar eerlijk eten. De guitige meneer met baard en hoed vroeg of we nog eens terugkwamen. Oh yes we will.

Tandarts Auw

Toen ik thuis even googelde op Marcel van Roosmalen en cafe de Plak, zag ik wat zijn historie met Nijmegen is. Hij heeft het namelijk regelmatig over Nijmegen op tv, samen met Gijs Groenteman. Toen zag ik een interview waarin van Roosmalen vertelt dat hij hier studeerde en als student een heel fijne tandarts had. Die tandarts, daar komt hij nu nog steeds voor naar Nijmegen. Tandarts Auw. Een Chinees. Ik moest meteen lachen, want die hadden wij ook, tandarts Auw. In de Weezenhof (Nijmegen), als kinderen. Van Roosmalen (ik ben van zijn generatie) heeft waarschijnlijk als student -en dus nu nog steeds- de volgende generatie tandarts, een zoon van Auw. De tandarts uit mijn kinderjaren in Nijmegen (mijn allereerste tandarts ook, lekker handig dat ie Auw heette, haha!), was al iets ouder en woonde bij ons achter in de Weezenhof. Wij in een keurig rijtjeshuis (wel mega ruim trouwens, met een soort ‘woonzolder’) en hij in een vrijstaande villa, met Oosters geïnspireerde tuin erbij. We woonden allemaal aan de bosrand.

Tandarts Auw had dan geen fijne naam, hij was wel heel erg lief, als ik me goed herinner. We mochten in elk geval altijd een cadeautje grabbelen als we klaar waren met de controle. Later zijn Dejan en ik nog eens gaan kijken in de Weezenhof en zagen we nog steeds het naambordje met ‘Auw’ erop. Inmiddels is de ‘ouwe Auw’ verhuisd, het huis heeft te koop gestaan en de Oosterse tuin is weg. Maar zijn zoon (neem ik aan) heeft een florerende tandartspraktijk, die dus ook nationale reclame krijgt van meneer van Roosmalen. Of ik me kan aansluiten bij die warme aanbeveling voor de tandarts, kan ik uiteraard niet zeggen, ik ken de jonge Auw niet. En ben bovendien tevreden met mijn eigen tandarts. Maar dat het zo lekker en fijn eten is bij Café de Plak, daar heeft Marcel van Roosmalen geen woord van gelogen.
Zou tandarts Auw er wel eens gegeten hebben…?

Fijne winterwoensdagavond.
Kiki