Donderdag 6 feb. 2020
Elke morgen hebben we hier hetzelfde tafereel: ik maak koffie voor ons allebei en dan plannen we de dag. Mijn meisje (Kiki-AKA tante Boslust) drinkt graag latte macchiato. Die maakte ik altijd in onze Nespressomachine, het is heerlijke koffie. Maar toch was er iets aan die latte dat mij, dagelijkse koffiezetter, niet beviel en dat was hoe de koffie eruitzag. De mooie laagjes ontbraken, maar daar was een simpele oplossing voor.
Toen ik zag hoe ze latte macchiato bereiden bij het favoriete koffiezaakje van Kiki en mij (van Rossum in Zutphen), heb ik die simpele methode meteen overgenomen. Daar schenken ze de koffie met de hand uit een kannetje. Heel langzaam en voorzichtig en pas nadat de opgeschuimde melk eerst heeft kunnen settelen. Daardoor zakt de vloeibare melk naar beneden en blijft het schuim boven. Zo kan de koffie een strak laagje vormen.
De koffie is zwaarder dan het schuim, dus zodra je koffie in het glas melk giet, zakt ie door het schuim heen. Maar de koffie is juist weer niet zwaarder dan het vloeibare deel van de melk, en daardoor blijft de koffie onder het schuim, maar bovenop de vloeibare melk liggen. Dat geeft die mooie laagjes – schuim, koffie, melk.
Het aller strakst krijg je de laagjes dus als je de koffie langzaam en beheerst giet. Dat kan de nespressomachine niet, dat is eigenlijk maar een lomperik. En daarom doe ik het nu zelf. Ik laat de koffie wel gewoon maken door de machine maar in het kannetje. En daarna giet ik de koffie, op z’n van Rossums, in de melk. Het is even een klusje, maar elke ochtend die blije blik van mijn meisje is het mij meer dan waard.
Ook een latte drinker? Maak ‘m eens met deze old school slow method.
Cheers!
Dejan